De Coöperatie als beste economische organisatievorm voor de toekomst.
De coöperatieve verenigingsvorm is eigenlijk al heel oud maar wordt nog steeds niet op juiste waarde geschat.
Van oorsprong is het een Britse uitvinding en werden de eerste coöperatieve meelfabrieken al opgezet in 1760 in Woolwich en Chatham. De arbeiders in deze coöperatie waren ook eigenaren van de fabriek . Robert Owen, de bekende maatschappelijke activist en schrijver, was zeer geïnspireerd door deze organisatievorm en kwam zelfs met een parlementsvoorstel in 1816 om coöperatieve gemeenschappen op te richten. Later kwamen er de coöperatieve winkels bij waarvan de bekendste The Rochdale Society (of Equitable Pioneers) was, opgericht in 1844. De winst die de winkel maakte werd verdeeld onder de leden van de coöperatie. Zelfs bedrijven omarmden het concept en openden coöperatieve kantines en winkels en ook in het leger was een coöperatieve kantine(mess) heel normaal. Er waren ook coöperatieve militaire tehuizen (cercles militaire) die voedsel en onderdak boden aan militairen.
Populair in die tijd was ook het tijdschrift The Coöperator. Dit blad besteedde veel aandacht aan het oprichten en besturen van coöperatieve gemeenschappen.
Het coöperatieve gedachtengoed werd verder gedragen in de oprichting van een woningbouwvereniging (in Rochdale) en kan gezien worden als de oorsprong van de sociale woningbouw en ook de later in Nederland bekende woningbouwcoöperaties.
In Nederland zijn later de coöperatieve winkels met de sprekende namen als “Eigen Hulp” en “Help U zelf” opgericht.
Een bekende verbruikscoöperatie was ook de Nederlandse Coöp.
Vrij onbekend is het feit dat er in 1918 door Philips een coöperatie is opgericht voor alle werknemers van Philips onder de naam "Philips Coöperatieve verbruiksvereeniging".De eerste Philipswinkel werd in 1919 geopend in Eindhoven. In 1931 werd deze omgevormd tot een zelfstandige coöperatie Eendracht, Toewijding, Overleg en Samenwerking, afgekort tot ETOS. Weer jaren later in 1973 is deze winkelformule (met 50 supermarkten en dertig drogisterijen) overgenomen door Albert Heijn. De drogisterijen bleven onder de naam ETOS voortbestaan.
De socialistische en anarchistische politieke bewegingen waren vurige pleitbezorgers van de coöperatieve beweging maar vonden vaak een geduchte tegenstander in de kerk. Na de eerste wereldoorlog kwam er een beetje de klad in coöperatieve winkels omdat ze de schaalvergroting van grotere winkelketens niet konden bijhouden en dat armoede-bestrijding en sociale voorzieningen meestal door de overheid werden geregeld. Toch ontstonden weer nieuwe vormen in de agrarische sector (FrieslandCampina, Avebe etc.). Een bijzondere agrarische vorm is de boerenzelforganisatie zoals “Erfgooiers in het Gooi”, voor het gezamenlijk gebruik van landbouwgronden. Er waren ook regio’s met coöperatieve verenigingen als Agrarische Bedrijfsverzorging (AB) om bij ziekte of overlijden van de boer de continuïteit van agrarische bedrijven te waarborgen. Wat de meeste mensen niet weten is dat ook de meeste bloemen- en tuinbouwveilingen coöperaties zijn, zoals FloraHolland. Dit is zelfs de grootste coöperatie met 5000 leden en een omzet van € 4 miljard.
Verder ontstonden financiële instellingen, zoals in 1860 door Raiffeisenkas in Duitsland (kredietunie) en later ook in Nederland met Raiffeisen- en Boerenleenbanken, waaruit in 1972 de latere Rabobank is ontstaan. Verder ook coöperatieve verzekeringsmaatschappijen (Onderlinge Waarborgmy, Univé etc.).
Wellicht het meest onbekend waren de overheidscoöperaties zoals Dimpact, VAOP, WiGo4It, MidWaste en Parkeerservice. De benaming is misschien wat misleidend, omdat het geen coöperatie is van overheden, maar wel van overheidsorganisaties.
Van recentere datum zijn de nu veel opkomende energiecoöperaties voor het beheer en exploitatie van windmolens of zonnepanelen (WEL en Zon zoekt Dak).
Coöperaties zijn in Nederland verenigd in de Nationale Coöperatieve Raad voor land- en tuinbouw (NCR).
De belangrijkste voordelen van een coöperatie zijn:
- Het is een rechtspersoon en dus zelfstandige drager van rechten en plichten.
- Het privé vermogen van de leden is gescheiden van het coöperatievermogen.
- Het heeft een verenigingsgrondslag en gebaseerd op samenwerking van en solidariteit tussen leden.
- De leden zijn tevens de eigenaren.
- De leden kunnen natuurlijke en rechtspersonen zijn.
- Het heeft een zelfstandig zakelijk vermogen en er zijn geen wettelijke vermogenseisen.
- Het heeft een zelfstandige winst en is BTW- en vennootschapsplichtig
- Vrije toe- en uittreding van leden.
Raiffeisen(foto: nl.wikipedia.org) |
Een veelvoorkomend gemeenschappelijk kenmerk is dat coöperaties in het verleden veelal werden opgericht in economische crisistijden en/of agrarische perioden van rampspoed. Zo was Raiffeisen de burgemeester van een klein dorp in Duitsland dat in 1845 te maken kregen met een grote hongersnood. Diep getroffen door deze ellende ging de burgemeester eerst wat geld inzamelen om meel te kopen en zette later een bakkerij op. Het zelf gebakken brood werd uitgedeeld aan de arme boerenfamilies. Ook richtte hij een schooltje op zodat kinderen onderwijs kregen. Hij merkte echter dat deze charitatieve ondersteuning niet genoeg was, want de boeren moesten weer kunnen werken en geld lenen voor hun bedrijfsinvesteringen. Dus bedacht Raiffeisen een kredietunie(Darlehnskassen-Verein) waaruit later de coöperatieve Raiffeisen- en Boerenleenbanken zijn ontstaan. De verzamelde spaargelden van de inwoners werden uitgeleend aan boeren door middel van kredieten met betaalbare rentes.
Deze coöperatieve banken waren het sociale antwoord op en als tegenhanger bedoeld van de uitbuitende woekerrentes en –praktijken.
De vele coöperatieve agrarische- en zuivel-, suiker- en veevoeder- bedrijven waren opgezet om elkaar (financieel en organisatorisch) te steunen, maar ook om de in de gehele bedrijfskolom en bedrijfstak gerealiseerde winsten eerlijker te verdelen. Als lid of vennoot hadden afhankelijke boeren (als leveranciers) ook inspraak en zeggenschap over de ontwikkeling van de verwerkende (aardappelmeel-,suiker-,zuivel-) industrie. De onderlinge belangen tussen de verschillende economische schakels en dus de samenwerking kunnen zo beter op elkaar worden afgestemd. Dat is waar het in de economie eigenlijk om moet gaan. Het organiseren van een efficiënte en effectieve productie en verspreiding van schaarse goederen en diensten.
In onze vrije markt economie draait echter alles om concurrentie en winstmaximalisatie en juist niet om een duurzame productie en verspreiding waarvoor samenwerking essentieel is.
In Nederland kennen we de verschillende rechtsvormen zoals de Coöperatie U.A.(uitgesloten aansprakelijkheid), de Commanditaire vennootschap, de Besloten Vennootschap, de Naamloze Vennootschap, maar ook de Coöperatieve Vereniging. Op Hogescholen en Universiteiten bij economische, juridische of bedrijfskundige opleidingen wordt de kennis over coöperaties nauwelijks meer doorgegeven. Er is in Nederland zelfs maar een hoogleraar coöperatief recht aan de Universiteit van Tilburg. Alleen artikel 2:53 tot en met 2:63 van het Burgerlijk Wetboek besteedt aandacht aan coöperaties.
Er zijn vele soorten coöperaties voor allerlei situaties. Zo zijn er bedrijfs- , consumenten-, producten- of diensten- en overheidscoöperaties. Bedrijfscoöperaties kun je weer onderverdelen in werknemers-, eigenaars- en ondernemerscoöperaties. Leden kunnen consumenten, afnemers, maar ook leveranciers zijn. Leden kunnen particulieren, maar ook bedrijven en/of organisaties zijn. Kortom voor elk wat wils!. Coöperatieve verenigingen kom je echter niet alleen tegen in het bedrijfsleven. Je kunt ze ook aantreffen in de zorg en het onderwijs. Zo is er bijvoorbeeld een vrije basisschool georganiseerd als een coöperatieve vereniging.
Afgelopen jaar heeft Nederland maar eigenlijk ook de hele wereld weer opnieuw kennis kunnen maken met het belang en de rol van coöperaties dankzij het VN-jaar van de Coöperatie. De Rabobank heeft er relatief veel aandacht aan besteedt omdat uit onderzoek gebleken is , wat eigenlijk vrij weinig mensen weten of zich realiseren, namelijk dat er zelfs meer mensen werkzaam zijn in coöperaties dan voor multinationale ondernemingen. De Spaanse coöperatie Mondragon en de vele Zuid-Amerikaanse landbouwcoöperaties kregen hernieuwde aandacht. In de huidige economische en financiële crisis met toenemende faillissementen zien we een hernieuwde belangstelling voor coöperaties.
De BD groothandel- en detailhandelsketen Odin/Estafette heeft dit jaar de overgang gemaakt naar een coöperatieve vereniging en ontstond er in Eersel een nieuwe winkelcoöperatie omdat de detailhandel uit de dorpskern verwenen was. In Eindhoven zelf is recent ondernemerscoöperatie "Founded by All" opgericht,waar zich tot nu toe 15 zelfstandige startende ondernemers uit de creatieve en technische sector bij hebben aangesloten. Ze voelen zich collega's van elkaar, delen dezelfde werkruimten en helpen waar dat nodig is, maar blijven tegelijkertijd zelfstandige ondernemers. Een nieuwe coöperatie is ook het schoonmakers bedrijf Schoon-Gewoon dat anno 2015 al vijf coöperaties omvat in Den Bosch, Eindhoven en Zeist.
De door Rudolf Steiner voorgestelde Associatieve economie is een specifieke voortzetting van de historische coöperatieve organisatie- en samenwerkingsvormen. Associaties zijn economische samenwerkingsvormen van producenten, handelaren en niet te vergeten vertegenwoordigers van afnemers/consumenten per bedrijfstak. Ze kunnen het beste gerealiseerd worden in de vorm van ledencoöperaties. Dat levert maximale economische vrijheid en samenwerking op én voorkomt overtredingen van de wet op de economische mededinging. De mogelijkheid van een Associatieve Coöperatie is een nu al bestaande organisatievorm voor coöperaties met veel leden (meer dan 100). Kleine coöperaties tot 100 leden worden eigenaarscoöperatie of MKB-coöperatie genoemd.
Steeds meer dringt het besef door dat coöperatie de meest universele rechtsvorm is met vele verschijningsvormen en toepassingsmogelijkheden.
Bronnen:
1. De Coöperatie Ondernemingsvorm 1994 en Handboek Coöperatie 2010, van prof. R.Galle
2. De Coöperatie, opzet,structuur en werkwijze 1989, van prof. G. ter Woorst
3. De coöperatie als rechtsvorm voor ondernemingen in het MKB 1995, van A.Wattenberg
4. Coöperaties. Hoe heroveren we de wereld ? Auteur Dirk Barrez, 2013
5. De nieuwe coöperatie van Walter Lotens, 2013
Geen opmerkingen:
Een reactie posten